Veilig?

Twee terroristen drongen vorige week woensdag de redactie van Charlie Hebdo in Parijs binnen en doodden tien medewerkers, waarvan acht redactieleden. In totaal kwamen er twaalf mensen om het leven.

De dag erna wordt er een agent doodgeschoten en op vrijdag gijzelen de eerste 2 terroristen mensen in een drukkerij bij Parijs en de andere man 10 mensen in een supermarkt in Parijs. In die 3 dagen worden er 20 mensen doodgeschoten. Niemand kan dit nieuws gemist hebben en de hele wereld heeft de dagen met spanning meegekeken. Veel journalisten en bloggers schreven erover.

Jaloezie:

En nou kom ik ook nog met mijn mening. Nou ja mening, een gevoel is het eerder, denk ik. Een boosheid misschien, maar ik kan ook niet ontkennen dat toen ik vrijdag aan het werk was op de redactie van Omroep Brabant en de tv’s aanstonden op CNN, RTL 7, France 4 en alle andere zenders die verslag deden, ik misschien ook een klein beetje, ieniemienie klein beetje, jaloers was. Wat zou er afspelen op de redacties van die tv zenders. Iedereen 200% geconcentreerd. Een eenheid op de redactie en samenwerking waar iedereen trots op kan zijn.

Verslag:

En daar staat ie dan Stefan de Vries, correspondent in Parijs voor RTL. Hij doet verlag bij de Joodse supermarkt. Hij staat 500 meter verderop en verteld hoe de situatie is. En dan, vlak na de inval van de politie in de drukkerij, een knal en schoten in de buurt van Stefan. De spanning op zijn gezicht spreekt boekdelen. Ik heb het gevoel dat ik erbij sta. In de studio van RTL stellen ze vragen die Stefan ook niet kan beantwoorden want het gebeurt allemaal terwijl wij naar hem kijken. Wow…ik ben onder de indruk.

Druk:

Ondertussen vraag ik me af hoe druk het zou zijn bij de producer bij RTL en NOS, rennen en vliegen. De journalisten met allemaal hun eigen taak en de presentatoren die uren lang een live uitzending moeten vullen. Er gebeurt van alles en de info komt ook van alle kanten binnen.

Donker:

Maar hoe veilig voelen we ons nou eigenlijk? Ondanks dat iedere journalist en ook de niet-journalisten zich erg betrokken voelt bij alles wat er zich heeft afgespeeld heb ik niet het idee dat ze zich onveilig voelen. Gisteren rond 16.00 uur viel de stroom uit bij Omroep Brabant. De aggregaat werd aangezet, maar maakte geen connectie met het stroomnet. Het bleef dus donker, nou ja behalve de noodverlichting en de belangrijkste computers en apparaten om de radio en tv uitzendingen op zender te houden. Daar hebben we dan weer back-up accu’s voor.

Iedereen kwam naar de begaande grond, groepjes stonden bij elkaar te praten en te overleggen. Er werd een plan gemaakt en iedereen deed wat van hem verwacht werd. Oplossingen werden bedacht en de technische mannen vlogen door de gang om alles zo goed mogelijk weer aan de praat te krijgen.

Dit was echter niet zo heel makkelijk. De storing kwam van buiten af en was niet zo maar even opgelost.

Accu’s:

Er moet veel draaien op die accu’s dus in snel tempo werden ze leeg getrokken. “Als we over een half geen stroom hebben zijn we van zender, dan zijn de accu’s leeg” wordt er over de redactie geroepen.

In de grote machinekamer van de Omroep zijn de knappe, technische koppen hard aan het werk om de edit systemen zo rustig mogelijk te kunnen afsluiten voordat ze met een keiharde knal uitvallen omdat de accu’s het begeven.

Ik mag ook helpen, ik heb een belangrijke taak, ik hou de zaklamp vast.

Het is bloedheet in die ruimte, want de airco is ook uitgevallen en in deze ruimte staan veel, heel veel servers en computers te draaien. Normaal maken ze al een herrie, maar ik heb nu het gevoel alsof het kabaal nog veel harder is, omdat de computers harder moeten werken om zichzelf te koelen. Alle deuren op deze verdieping staan open en de ramen in de andere ruimtes ook, het is koud in de gangen. Daarmee hopen we de hitte een beetje tegen te kunnen gaan in de machine kamer.

Acht minuten:

Nog acht minuten en dan valt de volledige stroom uit bij de Omroep. De radio kan worden overgenomen in onze noodstudio in Den Bosch, daar hebben ze het afgelopen half uur kei hard gewerkt om door te kunnen starten. Internet is overgenomen in onze vestiging in Breda.

De handleidingen worden in raptempo door genomen, nog zeven en een halve minuut en dan is er een harde shutdown en dan gaat er veel materiaal verloren.

Ik vind het spannend. In 1 hand heb ik de zaklamp, in de andere start ik de camera van mijn telefoon op. Ik wil het wel op video hebben als het hele bedrijf plat gaat. Hoe zou dat klinken als dit mega geluid in 1 keer “woesj” stil valt en er niks meer te horen is. Dat wil ik vast leggen.

Nog zeven minuten, de tijd begint te dringen, de spanning loopt op. Dan hoor ik het begin van de “woesj” en in een fractie van een seconde denk ik: “Dat is veel te vroeg ik heb mijn camera nog niet aan”.

Het was de goede “woesj” het licht springt aan, de airco begint te ronken en de machines die uit waren gevallen starten weer op. Diepe zuchten van verlichting hoor ik door de ruimte gaan.

Er is weer stroom.

Veilig:

Vanmorgen vroeg ik op de redactie aan verschillende mensen of ze zich veilig voelde gisteren. Ik kreeg alleen maar vreemde blikken. “Waarom niet?” “nou ja, uhhh, er is vorige week nog al het een en ander gebeurd.” Nee, zo had niemand het bekeken. Ik ook niet hoor, pas toen ik naar huis reed dacht ik eraan.

Maar dan loopt er deze middag (the day after de stroomstoring) een man binnen bij Omroep Brabant. Een hele grote, onverzorgde man met kapotte kleren. Hij heeft een tas in zijn armen geklemd. Vanaf mijn bureau zag ik hem aankomen. Op zijn fiets die hij netjes op slot zet naast de hoofdingang. We hebben een sluisdeur, dat betekend dat de tweede schuifdeur pas opengaat als de eerste dicht is en de receptioniste de deur heeft opgemaakt.

Dronken:

De man loopt naar onze receptioniste en hangt aan de balie. Terwijl hij aan het klagen is, omdat hij vindt dat we te weinig aandacht besteden aan Parijs-Dakar zweeft de alcoholgeur naar de receptioniste. De man praat hard en dreigend. Dan begint hij, terwijl hij zijn tas strak tegen zijn borstkast geklemd houdt, over de gebeurtenissen in Parijs en dat je bij Omroep Brabant ook zomaar binnen kunt komen.

Een verslaggever loopt langs en de man spreekt hem aan, omdat hij hem herkent van tv. De receptioniste loopt de redactie op om hulp te halen en een paar stoere journalisten lopen de gang in. De man waarschuwt hun: “Jullie moeten uitkijken er kunnen hier zo terroristen met calasnicofs binnen lopen.”

Leerzaam:

Beleeft wordt de dronken man bedankt voor de waarschuwing en zijn bezorgdheid. Ondertussen wordt hij naar de deur begeleid en loopt hij de sluis in, dan bedenkt hij zich en loopt weer terug. Nee…hij gaat toch weer weg. Hij loopt naar zijn fiets en fietst slingerend het terrein weer af.

De tweede leerzame dag bij Omroep Brabant is weer bijna voorbij.

Wij voelen ons veilig.

Advertentie

De liefste

Mijn vader is de allerliefste. Waarschijnlijk zeggen jullie dat bijna allemaal: “Mijn vader is de allerliefste”. En we menen het allemaal. Ik in ieder geval met heel mijn hart. Misschien ben ik wel een beetje bevooroordeeld, omdat het mijn vader is en ik hem super goed ken.

Herinneringen:

Van de eerste acht jaar van mijn leven heb ik niet echt heel veel herinneringen. Vooral dat mijn broer en ik het goed hadden. Een lieve vader en moeder, die er alles aan deden om ons leven zo mooi, makkelijk en onbezorgd mogelijk te laten verlopen. En wat hebben ze dat goed gedaan. Een mooi huis, met bosjes en weilanden als tegenover buren. Een nieuwe buurt met veel gezinnen met kinderen van onze leeftijd. Zo vaak mogelijk speelden we met z’n allen buiten. Tot zo laat mogelijk.

Foto’s:

De meeste herinneringen van die eerste jaren van mijn leven haal ik uit foto’s. De wilde zwarte bos haren van mijn vader en de jaren dat hij een baard had. Het genieten in de tuin, met dan als hoofdactiviteit barbequeën. Mijn vader op een krukje bij de barbecue die de hele avond voor iedereen vlees bakt. Daar had ie de grootste lol aan.

Tanken:

Het tanken in Duitsland was ook altijd een terugkerende activiteit, “dan kunnen we meteen even langs de lidl”. Die was er toen nog niet in Nederland en ze hadden er zo’n lekkere spagetti. Het liefst reed ie dan binnendoor. Door alle kleine dorpjes van Zuid-Limburg. Wat kon ie daar van genieten.

Keuken:

Ik denk dat zijn favoriete plek in huis aan de keukentafel was. Dan zat ie heerlijk rustig met de krant of een puzzeltje aan de tafel. Hij kon dan op een vrije dag uren daar zitten, of het uren waren weet ik niet, maar het voelt wel zo. In de zon, achter het raam de caravankampioen lezen tot de laatste letter inclusief de kruiswoordpuzzel. Of kijken naar de vogels in de tuin. “Kijk, dat roodborstje met die witte stip onder zijn snavel was er gisteren ook. Ik denk dat hij een nestje in de buurt heeft”.

“Kleinkinderen”:

En toen kwamen mijn broer en ik ineens thuis met “kleinkinderen” de dochters van onze partners. Hij ging met ze wandelen en leerde de meiden dat je je niet kunt prikken aan dovenetels, maar als je aan de onderkant van de bloemetjes zuigt je de zoetigheid proeft waar de bijtjes zo dol op zijn. Met de handen op de rug liep hij dan samen met mijn moeder en de drie kleine meiskes om hun heen naar Groot Welsden. Bloemen plukken, stenen zoeken, koeien aaien en kletsen.

De meiden noemde hem ome Wim, omdat hij dat graag zo wilde, maar stiekem dachten ze gewoon opa als ze ome Wim zeiden.

Hoofdpijn:

Nu ik zo aan het schrijven ben komen er zo veel herinneringen boven. Meer dan ik dacht dat ik zou onthouden. Ik kan nog wel even doorgaan. Misschien een idee voor mijn tweede boek. Vooruit, één herinnering dan nog. Ik zat denk ik op de brugklas in Gulpen. We fietsten meestal naar school. Het regende die dag, het waaide en was koud. Na, naar mijn gevoel, veel te veel uren op school zitten moest ik door dat vreselijke weer naar huis fietsen. De berg op naar Margraten. Daar had ik echt geen zin in. Mijn vader was thuis, dat wist ik, dus belde ik naar huis met de vraag of hij me wilde komen ophalen, want ik had zo’n vreselijke hoofdpijn. Dan sprong mijn vader in de auto om mij op te halen. Ik weet niet of ie mijn leugen door had, ik denk het wel. Onderweg naar school heeft hij toen een aanrijding gehad. Niet ernstig maar wel goede blikschade. Ik zat op school te wachten, te balen “waar blijft ie nou??” Er waren geen mobieltjes in die tijd en uiteindelijk ben ik dus toch naar huis gefietst. Thuis gekomen heb ik gehoord wat aan de hand was. Ik heb daarna nooit meer durven bellen als ik niet echt ziek was.

Laatste dag:

Vandaag drie jaar geleden was de aller laatste dag dat mijn vader leefde. Misschien wist hij het zelf niet eens. Hij lag in het ziekenhuis. We waren er allemaal. Zijn liefste mensen om hem heen. De laatste dagen had hij ook bezoek gehad van paarden en olifanten op zijn kamer, dat had ie te danken aan de morfine. Als ik me probeer in te beelden wat hij zag dan krijg een glimlach op mijn gezicht. Olifanten in je ziekenhuiskamer, wauw.

Aankomende nacht drie jaar geleden raakte mijn moeder haar allesie kwijt, haar maatje, haar klankbord. Haar rots in de branding, steun en toeverlaat. Ik ben zo trots op haar. Ze is zo sterk.

Ik ben mijn grote voorbeeld kwijt geraakt, gelukkig kan ik putten uit een berg van herinnering, tips en voorbeelden van hoe ik het graag zou willen doen. Moeilijk vind ik het, hoe deed hij dat toch allemaal? Ik doe het gewoon stukje bij beetje en dan kom ik vanzelf wel daar waar hij was.

Droom:

Drie jaar lang, als ik van mijn vader droomde, zag ik hem dansen met andere. Ik mocht alleen maar kijken. Een week of drie geleden droomde ik dat hij me kwam knuffelen, hij vertelde me dat hij me miste en dat ik het goed deed.

Zie je wel: Mijn vader is de allerliefste.

pap3

 

Ik wil beroemd zijn: “Hoe zou het zijn?”

Vandaag start weer een nieuwe actie: Frits Sissing en Lucille Werner gaan 24 uur in een telefooncel staan om geld in te zamelen voor de bestrijding van kanker. Daarna komt er nog een live show op tv. Hoe zou het zijn als je kanker hebt en net weet dat je nog maar een paar maanden te leven hebt? Er wordt veel actie gevoerd voor deze vreselijke ziekte waar ook mijn vader, mijn tantes en ouders van lieve vrienden aan zijn gestorven. Maar dankzij de onderzoeken leven ook nog lieve mensen om me heen. Dankzij de acties waar veel bekende Nederlanders aan mee helpen en het geld dat veel mensen doneren.

Voetballers:

Hoe zou het zijn als je woont in een gebied waar ebola is uitgebroken? Waar je je buren ziek ziet worden en de mensen om je heen ziet sterven aan deze vreselijke ziekte. Gelukkig is er dan giro 555 en zijn er de bekende Nederlanders en profvoetballers als Arjen Robben en Robin van Persie die met het Nederlands elftal 50.000 euro doneren.

Anders:

Maar hoe zou het zijn als je je hele leven al weet dat je dood gaat? Vanaf het moment dat je geboren wordt. Dat je ouders vechten voor je leven, dag in dag uit en weten dat ze hun kind gaan overleven. Dat je als kind weet dat je anders bent dan anderen, maar dat niet wil zijn. Je ziet toch hetzelfde uit, je gaat toch naar dezelfde school, je moet alleen vaker lessen missen, omdat je dan naar het ziekenhuis moet.

Feestjes:

Hoe zou het zijn als je om de zoveel tijd naar het ziekenhuis moet om slijm uit de holtes van je voorhoofd te laten zuigen, omdat alles verstopt zit en lijkt alsof je een mega verkoudheid hebt die niet over gaat. Of je mag weer niet naar school, omdat je een longfunctie test moet doen. Misschien heerst er weer griep en mag iedereen naar dat leuke kinderfeestje en jij niet, omdat dat gevaarlijk voor je kan zijn.

Stikken:

Hoe zou het nou zijn als je weet dat je dood gaat, je weet alleen niet wanneer. Je weet wel dat je hoogst waarschijnlijk dood gaat aan verstikking, dat je stikt in je eigen slijm. Je taaie slijm. Langzaam krijg je steeds minder longinhoud en wordt de zuurstof steeds minder en minder. Je niet eens meer de trap op kan lopen of niet kunt wandelen naar de hoek van de straat. Dat je weet, dat als je geen nieuwe longen krijgt je stikt en je ouders je moeten begraven.

Acties:

Hoe zou het zijn als je ziet dat de bekende Nederlanders zich inzetten voor de grote organisaties en acties waar miljoenen euro’s naar toe gaan in Nederland en het buitenland. Je weet dat er twee miljoen euro nodig is voor onderzoek naar jou ziekte, om jou leven makkelijker te maken en de pasgeborenen misschien wel kunnen behoeden van het zware leven dat jij hebt.

Soms weten de organisaties niet eens meer waar de miljoenen naar toe zijn gegaan die ze een jaar eerder hebben opgehaald en naar een rampgebied hebben gestuurd.

Dood:

Hoe zou het zijn als je weet dat je dood gaat en ook weet dat mensen zich inzetten om jou leven zo lang en aangenaam mogelijk te maken. Dat ook voor jou ziekte een bekende Nederlander zich inzet, zodat er in een relatief korte tijd veel geld wordt opgehaald. Dankzij jou eigen Marco Borsato, Guus Meeuwis, Frans Bauer, Guido Weijers, Jeroen van der Boom, Nielson, Kensington, Ilse de Lange, Arjen Robben of  Robin van Persie kun je dan langer en gemakkelijker leven met de ziekte Cystic Fibrosis ofwel Taaiziekte.

Benefiet:

Iets meer dan een jaar geleden schreef ik de blog “Ik wil beroemd zijn” omdat ik het dan wel zelf allemaal zou doen. Nu zitten we midden in de organisatie van Project CF. Een benefiet weekend om geld in te zamelen voor onderzoek naar medicijnen tegen CF. Op 25 en 26 april 2015.

We zijn hard opzoek naar de echte beroemdheid, want ik heb de status BN’er nog niet gehaald.

Hoe zou het zijn als jij die BN’er kent en weet over te halen om bij ons op zaterdagavond te komen optreden?

Hoe zou het zijn als jij BN’er bent en op zaterdagavond bij ons komt optreden? Dan ben je niet zomaar een bekende Nederlander meer… dan ben je voor heel veel mensen een echte held.

We hebben ook een crowdfunding gestart voor alle andere helden:

http://www.dreamordonate.nl/944-project-cf

Anne

Laat ik haar Anne noemen. Ze heet ook Anne, dus waarom zou ik haar anders noemen. Wat ik eigenlijk bedoel is dat Anne staat voor een heleboel andere, zij is alleen de laatste die indruk op mij heeft gemaakt door haar dommigheid.

Marktplaats:
Ik zal het uitleggen. Er zijn periodes dat ik veel met marktplaats doe. Kopen en verkopen. Het is een mooie manier om je spullen waar je op uitgekeken bent of niks meer mee doet een tweede ronde te gunnen. Ook probeer ik altijd zo goedkoop mogelijk iets aan schaffen wat ik leuk vind. Dan kijk ik eerst op marktplaats. Als ik dan iets vind dat er op lijkt dan verzin ik een manier waarop ik met kleine aanpassingen het zo kan maken dat ik het geweldig vind.

Verkoop:
Op dit moment zit ik in de verkoop modes. Alles waarvan ik een foto kan maken in huis wordt verkocht. Een oude breimachine, canvassen met een gedrukte tekening van Herman Brood erop, een buffetkast, aquariumbak, films op VHS enzo enzo.

Auto:
Een jaar of acht geleden probeerde ik mijn auto via marktplaats te verkopen. Een Renault Express. Voor autoverkoop moet je een paar euro betalen. Och ja, dat had ik er wel voor over, als ik die auto maar verkocht kreeg. Ook moet je er dan je telefoonnummer bijzetten. Dat doe ik normaal nooit (met fans enzo, je weet maar nooit ;-)).
In de advertentie had ik erbij gezet dat als je een bod had onder de 1200 euro je niet hoefde te reageren. Na drie minuten ging de telefoon al: “Grallo, iek wiel joe auto kopen, iek geef 600 euro.” “Nee meneer, onder de 1200 euro gaat ie niet weg.” Even stil aan de andere kant… “Maar iek geef joe 600 euro en kom hem noe ophalen.” “Nee sorry meneer, dat ga ik niet doen, prettige dag nog.”
Vijf minuten daarna ging de telefoon weer: halloow, jij had die oto te koop staan op marktplaats, die Express. Ik kom hem nu halen voor duizend eurootjes, hop handje contantje.” “Meneer in de advertentie had ik bieden vanaf 1200 euro geschreven. En daarnaast staat de advertentie er nog geen tien minuten op. U mag een bod doen van 1200 euro en dan kijken we of er nog iemand overheen biedt. Ik laat hem een week staan.” “Ja, maar ik doe je nu een bod, 1000 eurootjes vrouwke, en dan bent u van de auto af.”
Na nog drie van deze telefoontjes in een half uur heb ik de advertentie weer verwijderd en de auto ingeruild op een andere auto waar ik dan, zoals iedereen, duizend euro inruilkorting kreeg.

Nu:
Anne had ook een bod gedaan, op mijn koloniaalse tafel. Een mooie tafel, maar ik ben gewoon een beetje uitgekeken op het donkere hout. Ik wil alles lichter. Je mag bieden op de advertentie had ik aangevinkt en in de begeleidende tekst staat bieden vanaf honderd euro. Onze Anne bied twintig euro.
Kijk en dan moet ik altijd even nadenken, mijn eigen advertentie nog eens lezen, kijken of ik geen fouten heb gemaakt. Nee…geen fouten…er staat toch echt bieden vanaf honderd euro. Dus ik stuur Anne een mail: "Beste Anne, dank je wel voor het bod. Bieden graag vanaf €100,- Vriendelijke groet…"
Tien minuten later krijg ik van marktplaats het bericht dat het bod verwijderd is.

Tafel:
Mijn tafel is ondertussen nog steeds niet verkocht.

http://link.marktplaats.nl/862587113

Ouder worden

Ik vind het helemaal niet erg om ouder te worden. Veel mensen om me heen vinden dat wel en dan zeker de mensen bij de tv. Laatst stond ik met een collega bij het koffiezet apparaat en kreeg ik een heel verhaal te horen over hoe erg het was dat ze de dag erna jarig was en dertig werd. Toen ik vroeg waarom dan: ”dertig is zooo oud”.

Dan ben je dus nog niet op de helft van je leven en dan vindt je jezelf al oud. Tja.

 

Veertig:

Ik word eind deze maand 39 en daar ben ik trots op. Nog een jaartje en dan staat er 40 achter mijn naam. Ik vind dat leuk. Ik heb plezier in wat ik doe, nou ja het meeste dan, kan lekker werken en genieten, niks mis mee zou ik zeggen. Een jaartje erbij is niet zo erg.

 

Meidendingen:

Nou heb ik het geluk dat ik niet zo rimpelgevoelig ben. Een jaar of 10 geleden waren we gaan eten met een paar vrouwelijke collega’s. Er is dan niet aan te ontkomen om te praten over vrouwen dingen (ben ik niet zo goed in). Dus meestal zit ik dan braaf te luisteren. “Scheren, epileren of harsen???” Zij: epileren of harsen, ik: ”Uh, wat het minste pijn doet en het snelste klaar is”. Hoe lang ben je ’s morgens bezig met haar en make-up? Zij: twintig minuten minimaal, ik: “borstel door mijn haar, staart erin, knipoog naar de spiegel, klaar” En dan al die haar producten. Zij: “De goeie van de kapper zijn toch allemaal zo duur, kleurshampoo en conditioner en dan ook nog een masker. En jij Celine, je hebt zo’n mooi, dik haar?” Ik: “Tja, Dove, dat is volgens mij een van de goedkopere. Conditioner? Nee daar doe ik niet aan.”

 

Rimpels:

En ohhh, hoe duur zijn al die dag en nachtcrèmes toch allemaal niet: Zij: gebruiken allemaal een of ander duur merk en dan ook nacht, dag en tussendoor, ik: “Ik gebruik dat allemaal niet, als ik denk dat mijn huid droog is dan smeer ik er good old Nivea op”. Uit dat vertrouwde platte blauwe blikje met de geur die me doet denken aan vroeger”.

“Maar je hebt helemaal geen rimpels?” Nee inderdaad dat klopt wel. Daar heb ik geluk mee. Ik denk ook dat als je eenmaal van die rotzooi op je gezicht smeert (al die crèmes) dat je huid daaraan went en dat je er dan ook niet meer vanaf komt. En ik rook niet. Rokers hebben echt de slechtste huid, met de meeste rimpels van allemaal.

 

Mooi:

Eerlijk is eerlijk ik ben net zo van al die poespas. Ik ben ook erg aan mijn slaapuurtjes gehecht. Dus als ik een kwartiertje langer kan slapen in plaats van opmaken dan doe ik dat. Misschien ben ik wel een beetje van de makkelijke, al dat gedoe met die krullen indraaien of juist mijn haren stijlen. In een staart of knot zit het ook goed voor op het werk en heb ik er geen last van.

Het is wel leuk om zo af en toe eens te tutten en er mooi uit te zien. En als je dat niet te vaak doet krijg je ook de hele avond complimenten van de mensen. Als ze daar aan gewent zouden raken dan zien ze dat ook niet meer natuurlijk.

 

Kilo’s:

Nou moet ik ook bekennen dat ik de afgelopen drie maanden dertien kilo ben afgevallen en wow wat voel je je dan beter dan ooit ervoor. Ineens heb ik taille (nou ja, een klein beetje dan hè). En als je je beter voelt dan straal je dat ook uit. Dan loop je rechter, dan ben je trots. Misschien vind ik het dan ook leuker om van mezelf een leuk plaatje te maken, om daar wat meer tijd in te steken.

 

Personeelsfeest:

Afgelopen donderdag bijvoorbeeld. We hadden personeelsfeest van Omroep Brabant. ’s Morgens naar de kapper, voor ik ging effe make-uppen en een selfie gemaakt voor de heb.

Op het feest komt een collega naar me toe dat ik er zo leuk uit zie. Dus ik de selfie laten zien, in de zon. “ohhhh die moet je als profiel foto op facebook zetten”. “Nee joh, er staat een leuke foto op. ”Jawel doen” …”Nee doe ik niet” …”Doe nouwwww” …“Oké dan”. Binnen 2 dagen bijna honderd likes. Gek volk die vriendjes van mij op facebook, maar stiekem wel heel leuk.

 

 

Brasfeest:

Nu heb ik de smaak te pakken. Zaterdag organiseert een vriend van mij een feest. Dit doen ze ieder jaar met een groep vrienden om hun verjaardag te vieren. Inmiddels (na jaren) is dit uitgegroeid tot een feestje waar ongeveer 2500 mensen op af komen. Alleen als ze een uitnodiging hebben ontvangen want het is een verjaardagsfeestje.

Een hele goeie coverband, Anderkovver, treedt op en er zijn wat andere acts tussendoor. Een gezellige avond waar ik bij klets met oude bekende en vrienden.  

Eerst maar eens weer tutten. De spiegel schrikt ervan: “twee keer in 3 dagen, waaaaat?”

Aangekomen op het feestterrein eens even een rondje door de tent lopen. Het is al druk. Ah het eerste babbeltje alweer gemaakt.

 

Bandjes:

Ik ben niet zo’n kroegtijger maar ik vind het geweldig om naar livebandjes te kijken en te luisteren. Ik kan daar heerlijk van genieten. De lol die ze hebben, de muziek die ze maken. Nu staat Anderkovver op het podium, een coverband die aardig wat optredens in een jaar heeft. Ik luister en kijk er graag naar. Ze hebben erg veel lol op het podium, zijn goeie muzikanten en , niet heel onbelangrijk, ze zingen zuiver.

 

Compliment of???:

Als we dan zo een paar uur en 3 spa rood, verder zijn en Anderkovver aan de tweede set begint sta ik tegen een zijpaal van de tent geleund, rustig op mijn gemakje te kijken naar de band. Naast mij staat een groep vrienden en kennissen van mij te kletsen.

Er loopt een jonge jongen mijn kant op. Ik denk nog, in mijn jeugdige onschuld, hij gaat bier pakken achter mij, maar nee. Rechtop (zover mogelijk met zoveel alcohol in je lijf) met grote stappen komt hij op me af, buigt zich voorover en zegt tegen me: “Jij bent een mooie meid…” Ik: “Ja, en net zo oud als je moeder”… “Maar je bent toch lekker”… “Zeg je dat ook altijd zo tegen je moeder? Hoe oud ben je eigenlijk?” … “18”…Nadat ik heel hard heb gelachen zeg ik hem dat ik bijna veertig ben en denk dat ie dan wel afdruipt. Dat had ik verkeerd gedacht. “Ja dus? Dan kunnen we toch nog wel kussen.”

 

Toen viel me niks meer in en nadat ik mijn, van verbazing opengevallen, mond weer had gesloten, liep ik naar mijn vriendengroep en worstelde me tussen hen in om me daar weer op mijn gemak tussen de 35plussers te voelen.

Maar stiekem, heel stiekem denk ik: “Een dronkenman spreekt altijd de waarheid”. 😉

20140904_172246

Stilte

20140817_085916

Vandaag is de laatste dag. Ik had nog wel een week langer willen blijven. Het is hier zo mooi. Vanmorgen werd ik om negen uur wakker en keek uit het raampje van de tent, we slapen in een Tipi tent, een soort indianentent. De zon scheen heerlijk over het gras. Druppeltjes dauw houden zich nog vast aan de grassprietjes, maar zullen het snel verliezen van de warmte van de zon.

Plassen:

Snel doe ik een broek en trui aan, want het is na een nacht op 850 meter hoogte nog best fris. En dan…gas erop. Snel de rits van de tent open en in een, voor mij vrij onbekende, snelle pas naar het houten toilethuisje. (Dat klinkt wel erg primitief zoals ik het nu zeg, maar het is een mooi, vrij nieuwe huisje met moderne toiletten en altijd blinkend schoon.) Iedere ochtend is het hetzelfde hier en zelfs twee keer rond drie uur ’s nachts. Dan moet je plassen maar wil je het liefst je lekkere warme bedje niet uit. Nog heeeeeel even blijven liggen. En dan als het echt niet anders gaat, dan moet je snel zijn. 150 meter snelwandelen voor beginners. Als je dan in het wchokje staat weet je niet hoe snel je moet gaan zitten. Broek omlaag,…uh… en deur op slot natuurlijk.

Blauw:

Deze morgen is de lucht strak blauw, niet licht blauw, maar een echte indrukwekkende mooie blauwe kleur. Het wordt een mooie dag. De mooiste van deze week vakantie, dat voel ik aan alles. Na een uurtje komen er wat hele kleine wolkjes aandrijven, maar die maken voor ze voor de zon zouden komen een flauw bochtje naar links of rechts en drijven rustig om de zon heen heen. Mijn geluk.

Stil:

Het is hier stil, rustig en heel mooi. In de verte hoor ik 2 bellen rinkelen die om de nek hangen van de geiten van de camping. Carolientje en Kokkie lopen los over de camping en grazen tussen de tenten door. Ook waggelen er 4 kippen het veld op en neer op zoek naar wormen en af en toe wat brood dat ze van de gasten krijgen. Dan hoor je nog krekels tussen de varens en lopen er witte koeien in de wei aan de andere kant van het weggetje. Dit is dus rust.

La Cube:

Samen met mijn moeder ben ik een weekje op camping La Cube in Le Brugeron in Frankrijk. De camping is van Marcel en Marion die acht jaar geleden van uit Maarheeze zijn verhuisd naar Le Brugeron en hier een mini camping zijn begonnen. Wat een mooie stek hebben ze hier gevonden en hoe heerlijk is het om te zien dat alle gasten hier tot rust komen.

Kinderen:

Toen we besloten om hier heen te gaan dacht ik dat er weinig kinderen zouden zijn. Heerlijk, een kinderloze camping, dacht ik nog. Waarom ik dat dacht, nou ja simpel, geen zwembad, geen speeltuin, geen animatieteam, geen kinderclubje helemaal niks van dat alles.

Nou, hoe een mens zich kan vergissen. Op 1 andere tent na waren alle gasten gezinnen. En een lol dat ze hadden. Allereerst natuurlijk met de dieren. In twee hokken nog konijnen, Layka de hond die rond loopt en overal een knuffel gaat halen bij de kinderen. Dan natuurlijk de geiten en de kippen nog. Binnen no time vinden de kinderen elkaar en wordt er de hele dag gespeeld en hard gehuild als ze met hun ouders toch echt even mee moeten om naar het dorpje te gaan of inkopen te doen. Ze mogen mee rijden op de tractor met Marcel en er is een avond kampvuur. De kinderen hebben de tijd van hun leven.

Wij:

En wij, “de volwassenen”, zitten in een luie stoel of liggen in het gras met een goed boek. Een buurman tekent, een jonge fietser ligt in zijn hangmat en een ander stippelt de route uit voor morgen en onze tegenover buurvrouw houdt haar kasboek bij in een grafiek. Ja…..

Naar huis:

Morgen gaan we naar huis. Heb ik daar zin in? Nope… Maar dat heb ik nooit na een vakantie. Kom ik hier nog terug? Ja zekers… Hier rust ik uit. Hier hoef je niks. We beslissen in de ochtend pas of en wat we gaan doen en dan kijken we in de loop van de dag wel wanneer. Ik kan me niet voorstellen dat ik ergens anders meer rust vind dan hier.

 Hier kan ik mijn boek afschrijven…als ik tenminste niet zo word afgeleid door de stilte.

http://www.lacube.eu

20140817_103738

Even stil

lucht1

Er is al zoveel over geschreven en zoveel bloggers hebben hun zegje al gedaan. Ik heb gewacht, ik wilde er wel over schrijven, maar ik was de zoveelste al die eigenlijk in grote lijnen weer het zelfde zou schrijven.  Nu, 21 dagen later heb ik nog steeds het gevoel dat ik iets moet schrijven.

Vreselijk:

Maar wat dan, wat ga ik dan schrijven? Hoe erg het is wat er is gebeurd, hoe vreselijk alles is? Hoe veel verdriet al die mensen hebben? Dat heeft iedereen al geschreven en gezegd en ik ben het daar 200% mee eens. Onafgebroken heb ik naar het nieuws zitten kijken of ben ik er op mijn werk mee bezig geweest. De aankomst van de kisten in Eindhoven en de stoet naar Hilversum. Stil en vol ongeloof heb ik ernaar gekeken.  Een passagiersvliegtuig uit de lucht geknald, gewoon.., omdat ze er zin in hadden, denk ik.

Passagiers:

Ik ken niemand die aan boord zat, wel mensen die mensen kenden aan boord. Iemand die zijn neef verloor of een heel bevriend gezin uit de straat. De lerares van hun zoon of de voorzitter van de fietsclub. Iedereen in Nederland kent wel iemand, of iemand die iemand kent die een dierbare heeft verloren.

Eerlijk:

Ik moet iets bekennen. Ik vind het echt vreselijk wat gebeurd is en denk er iedere dag aan. Misschien denken jullie na mijn eerlijkheid dat ik een koude kikker ben en misschien heb ik ook minder gevoel in mijn donder, maar ik voel het verdriet niet. Ik kan heb niet gehuild om hetgeen er is gebeurd. Het staat nog te ver van me af. Ik bedacht me wel hoe het zou zijn als je je kind hebt verloren en dan de vreselijke berichten over de rampplek hoort. Maar ik werd er kwaad van en zou het liefst erheen gaan om te helpen. Om het op te lossen. Om daar boos te worden en ze daar even de waarheid te vertellen.

Vandaag:

Vandaag  voelde ik voor de eerste keer in die 21 dagen het verdriet en de machteloosheid van de nabestaanden. Ik heb gesproken met de vader, de broer en de oom van een van de slachtoffers die met zijn gezin in de MH17 zat. De vader vertelde over zijn zoon, over hun gezin. Mooie herinneringen. Maar ook over de eerste uren na de ramp. De opvang. Hoe het ging met de eerste informatieverstrekking en hoe geweldig defensie alles heeft geregeld met het terugbrengen van de slachtoffers naar Nederland.

Eindhoven:

Iedere dag was ie erbij. Iedere keer als er weer vliegtuigen aankwamen in Eindhoven met nieuwe kisten. Familieleden die hem bijstonden. Iedere keer stond de vader op de vliegbasis, want in iedere kist kon zijn zoon, schoondochter of kleinkinderen liggen.  Ik voelde hun pijn, hun verdriet, hun gemis en hun machteloosheid.

Verhalen:

Hoe mooi zijn verhalen ook zijn en de herinneringen die hij vertelt, in ieder woord voel ik zijn verdriet. Achter iedere punt voel ik de pijn. De broer van het slachtoffer huilt en snottert, maar bevestigt met kleine knikjes en lieve blikken de verhalen van zijn vader. De vader troost zijn zoon.

Dank:

Bij alle drie de heren is de dank groot. Groot naar defensie en groot naar Nederland, al die mensen die mee leven ook al kennen ze hun dierbare niet.

En als ik deze mannen zie, hun pijn en hun tranen, dan moet ik ook slikken, even naar de grond kijken en heb ik ook niks meer te melden.

Dan ben ik stil.

Diesel

image

Daar sta ik dan, langs de kant van de Kennedylaan-Zuid in Eindhoven. De auto op de vluchtstrook met de knipperlichten aan. 300 meter achter me branden nog de lampen van het tankstation en in de verte zie ik de lampen van de volgende al.
De pechhulp heb ik gebeld, nadat ik mijn vriend belde om te ze zeggen dat ik met “pech” langs de weg stond met zijn leaseauto en een vriendin om te vragen waar ik stond. Geen idee hoe die straat heet. Achteraf gezien had ik ook gewoon op de tankbon kunnen kijken, daar staat het ook op.

Eerste auto:
Terwijl ik dan zo in de berm staat denk ik terug aan mijn eerste auto. Een rode met ronde carrosserie. Zonder merk. Ik was 1 jaar en wist toen al dat ik autorijden leuk ging vinden. En jawel hoor, ik vind het leuk. In alle auto’s wil ik rijden, nou ja bijna alle. Liefste de grote SUV’s, Jeeps en Landrovers. De zogenaamde wijvenauto’s liever niet.

Parkeren:
Ik durf ook met heel mijn hart te zeggen dat ik goed kan autotijden en beter kan fileparkeren dan de meeste mannen. En daar ben ik trots op. Al die autorijlessen zijn dan ook niet voor niks geweest. Naast de auto gaan staan waar je achter wil staan. Langzaam achteruit rijden. Als je achterbank bij de achterkant van die auto is indraaien totdat je band bijna de stoep raakt (niet te haaks draaien, wel beetje subtiel). Dan terugdraaien terwijl je langzaam achteruit rijdt et voila.

Tanken:
Vanmorgen reed ik in de leaseauto van mijn vriend. Een dieseltje. Mijn eigen Kia is een benzineauto maar die had een dag vrij gevraagd. ‘S morgens moest ik al tanken maar, had daar zoals gewoonlijk geen zin in zo vroeg. Er zat nog genoeg brandstof in de tank om naar Eindhoven te rijden, ondanks dat het lampje al was gaan branden. Na mijn werk meteen door naar het tankstation op de Kennedylaan om te tanken. Ik heb nog gekeken of ik de goede slang had want je hebt daar gewoon 95 en excellent 95 en dat is echt te duur. 88 euro verder was de tank vol. Afrekenen en wegwezen naar huis. Het is alweer half 8 geweest, ik wil naar huis. Misschien nog even de stad in kijken of er iets te doen is.

Hu?:
Ik rij de weg weer op en toen ineens viel er in mijn hersenpan een kwartje (je weet wel, die 25 cent van vroeger). Het duurde 200 meter ongeveer dat ik me realiseerde dat ik benzine had getankt ipv diesel. Auto langs de kant, motor uit en nadenken. Tankbon erbij, ja benzine…k.t k.t k.t. ANWB bellen, pas níet bij me. In het dashboardkastje ligt een nummer van Roadlease. Die bellen. Binnen een uur komen ze me helpen.

Tellen:
Ik stap uit de auto en ga wachten. Langzaam komt er een hele donkere lucht aandrijven, nou ja langzaam. 10 minuten later regent het heel hard en zit ik weer in de auto.
En wat doe je dan? Ik ging denken aan een blog voor jullie en wat ik dan kon schrijven. Dus ben ik maar gaan tellen. Tellen? Ja tellen, auto’s met iets aan de lampen.

En dit zijn dan de feiten van 35 minuten tellen op een rijtje:
25 auto’s reden zonder licht
12 auto’s reden met stadslicht
12 auto’s hadden een kapotte voor lamp
2 een kapotte achterlamp
3 reden er met alleen mistlampen voor aan
6 met gewone koplampen en mistlamp voor
6 hadden zo’n irritant blauw licht
1 stadsbus had een kapotte voorlamp
1 vrachtwagen had een kapotte voorlamp

En er kwamen 3 motoren langs. Maar dat heeft niks te maken met lampen van auto’s.

Ik heb geprobeerd om daarbij nog de niet-knipperende uitvoegende en invoegende auto’s te tellen maar, dat werd te veel van het goeie. Na 5 minuten gestopt met tellen bij de stand van 5 invoegende en 3 uitvoegende auto’s.

Wil:
Precies na een uur kwam Wil van Roadlease mij “redden”. En toen ik vertelde dat het de auto van mijn vriend was vroeg hij zich hard op af of het bij thuiskomst nog wel mijn vriend zou zijn. “Uh duhu, tuurlijk, het is maar een auto.”

Wil bracht me naar de trein en in de stromende regen liep ik 30 minuten later van station naar huis. Weer een verhaal en blog rijker.
image

Op de boot

Image
VCA:
Ik ben op weg voor werk naar Engeland. Ik hoor jullie denken “oh wat spannend, wat ga je doen, editen voor een bekende filmmaker of productie voor een groot tv station?” Nee nee, ik ga toezicht houden bij een VCA-examen. “Wat is dat? Die afkorting ken ik niet in de tv wereld? Video, Cinema, Audio??” Nee, niks van dit alles. Sinds een jaar of 4 hou ik toezicht bij VCA examens voor een examenbureau. Ongeveer 1 keer per maand. VCA staat voor “Veiligheids Checklist voor Aannemers” en richt zich naar ondernemingen met een verhoogd veiligheids-, gezondheids- of milieu-risico’s. (Ik heb het even voor jullie opgezocht). Veiligheid op de werkvloer dus eigenlijk. Iedereen die werkt in de bouw, petrochemie etc moet een VCA diploma hebben.

Boot:
En nu zit ik op een ietwat grote boot. Als je de folder mag geloven is ie nog groter dan ie in werkelijkheid is. Er is een bioscoop, casino, internet cafe, een paar barren, terras buiten, 2 restaurants en een basketbalveldje aan boord. Oh en een hoop hutten om in te slapen.
Wij varen overdag, we hebben geen hut geboekt. 7 uur moeten we ons hier wel kunnen amuseren.
Alles (behalve de auto’s en de hutten) bevindt zich op deck 9.

Overdrijven:
Mijn ouders zeiden vroeger altijd: “overdrijven maakt de zaak duidelijk” en ik kan er wat van maar, Stena Line zeker ook. Nadat we vanuit de auto de paarse route hebben gevolgd naar boven, komen we uit in het restaurant. Erg mooi, aan de voorkant van het schip. Het ziet er schitterend uit. Dit restaurant heeft een lopen buffet. Het andere restaurant zit aan de andere kant van het schot dat geplaatst is en is een a la carte restaurant. Het casino zijn 2 speeltafels in een hoek van het restaurant.
Als je naar de achterkant van het schip loopt loop je langs een aantal, erg leuke, barretjes met super aardig personeel.

Film:
Aan de rechterkant een bioscoopzaaltje, ziet er mooi uit. Eens checken welke films er draaien zodat we daar meteen kaartjes voor kunnen halen bij de infobalie. Godsilla en Spiderman…uh nee dank u, ik ga wel wat anders doen.

News room:
Aan de linkerkant van de gang naar het achterdek staan stoelen en banken. Daar zit, ligt, hangt een hoop volk door elkaar. Het slaapt op de banken en hangt over de stoelen en ik loop verder want, daar is dadelijk de news room en dat…spreekt mij natuurlijk aan.
Mooi gemaakt. Makkelijke stoelen per 2 met een tafeltje ertussen en met audiokastjes waar je je koptelefoon in kunt steken. Een stuk of 8 flatscreens aan elkaar aan de zijkanten een paar kleinere en in het midden 2 grote. Er staan verschillende zenders op. Waarvan eentje met F1. Een groot scherm in het midden staat op ndl1 (waar op zondagochtend 11.00u echt niks normaals te kijken is). Een engelse nieuwszender op een ander scherm, golf op die er naast en nog iets ondefinieerbaars engels op die daaronder. En in de stoelen allemaal onderuitgezakte mannen met koptelefoons op, die half slapend in de stoelen liggen.

Internet room:
Ik loop snel door, want iets verderop ligt de internet room. Free wifi. Dan ga ik mijn eigen nieuws maar zoeken. Een open ruimte met in het midden een tafel met vier pc’s met wankele stoelen ervoor. Daar om heen zwarte stoelen met tafeltjes eraan vast (oud schoolbank idee, maar dan modern). Daar ga ik zitten. De stoel kraakt zo hard dat ik er zelf van schrik en iedereen om mij heen ook geloof ik. Even op een andere gaan zitten. Ze zitten heerlijk deze stoelen. Ipadje open en nieuws checken. De verbinding is zo traag dat als ik een berichtje op nu.nl eindelijk heb geopend het alweer oud nieuws is. Nee, daar heb ik het geduld niet voor.

 

Sundeck:
Op naar het sundeck. Daar heb ik heerlijk gezeten, met leuke muziek op de achtergrond. In het zonnetje. Helemaal goed.
Nog even een rondje over het dek lopen. Aan de andere kant van de boot ( als ik me niet vergis, bakboord) staat een grote kooi met een basketbal/voetbal veldje. Erg leuk. Er om heen picknicktafels. Hier is het ook goed toeven.

Uiteindelijk wordt het iets te koud op het dek en ga ik heerlijk, vooraan in het schip, achter een raam in de zon zitten. En na een lekker diner en 7 uur varen zijn we aan de overkant. Een goede, relaxte manier van reizen. Voor herhaling vatbaar (we moeten nog terug ;-))

Droom

image

Daar zit ik dan. Op een muurtje gebouwd door de eigenaren van dit terrein. Mooie witte stenen. Allemaal een andere vorm en de een groter dan de andere. Een witte hond zit bij het huis en kijkt me aan. Alleen om zijn rechter oog is het zwart en zijn linker oor is zwart. Rustig kijkt hij me aan en af en toe komt hij een aai halen en loopt dan weer terug naar het huis.

Rust:
Het is hier stil, alleen de vogels zingen, grote insecten zoemen en af en toe hinnikt er een paard verderop. Ik zit op het muurtje bij de ingang van de Moncerlongo Ranch in Rovinj in Croatia. Een plek waar veel mensen over dromen. Hoe vaak hoor je Nederlanders niet dromen over hun camping in Frankrijk (ik ken er maar twee die daadwerkelijk die stap genomen hebben. Camping la Cube in de Auvergne is daar het resultaat van.) Of hoeveel dromen er niet van om naar een warm land te gaan om daar een rustiger leven te leiden. Niet meer zo te haasten als in Nederland, niet meer te moeten werken om rust te kunnen krijgen. Gewoon net zo leven als op vakantie.

Hard werken:
Het is hier echt perfect rustig, voor mij dan, want ik ben op vakantie, maar hier wordt kei hard gewerkt. 2 jaar geleden hebben Luka en Nataša deze Ranch opgestart. Nataša is een meiske uit de buurt en Luka een ‘cowboy’ uit Trieste in Italië. Ze hebben 2 kinderen, de mooie witte hond met het zwarte oog en 10 paarden. Luka is een echte cowboy, hij is hoefsmid, traint mensen in western rijden, verzorgt verwaarloosde paarden, en rijdt met toeristen door de bossen en over de bergen met z’n paarden. Nataša runt het huishouden, helpt met de paarden, doet de boekingen en klust samen met Luka en haar vader aan het huis en het terrein.
“Hier wordt geen onderscheidt gemaakt tussen mannen en vrouwen, hier doet iedereen het zware werk” zei ze tegen mij. “En het gaat maar door, het stopt niet. Hopelijk kan ik met 45 jaar wat rustiger aan gaan doen, nou met 50 dan, 55?”

Terrasje:
Volgend jaar hopen ze het terrasje af te hebben, klein, 5 tafeltjes. Dan gaat ze heerlijke wijn serveren. Kleine salades en gerechtjes.
Als ik terug ga volgend jaar dan zal ik daar zeker wat uurtjes doorbrengen. Alleen al om de verhalen te horen en op te schrijven.

Wonen:
En ondanks het harde werk dat ze doen, leven ze wel het leven dat ze willen leiden. Doen ze hetgeen ze het liefste willen doen. Wonen ze op een mooie plek en hebben ze hun eigen land en huis. Een mooi gezin met een mooi bedrijf in een mooi land.
Graag zou ik ook in deze mooie streek willen wonen. Er staat hier een stuk land, met iets dat op een huis lijkt erop, te koop. De buitenmuren zijn bespoten graffiti en het land is onderkomen. Toch wil ik weten wat het kost. Dus ga ik aankomende week bellen naar het telefoonnummer dat op het bord langs de weg staat.

Droom:
Het zal wel bij een droom blijven, net als bij 90% van de Nederlanders. Thuis heb ik ook nog het een en ander te doen. Te beginnen bij een festival voor CF.
Daarna ga ik denk ik de crowdfunding doen voor mijn grond en huisje in Croatia. Iedereen die een tientje bijlegt mag in de opstartzomer gratis een weekje komen logeren en dan meehelpen de olijven bomen snoeien en het druivenveld aanleggen, de sauna opbouwen, bubbelbaden installeren, vullen en uitproberen. De buitenmuren verven. Huisje van binnen opknappen en ’s avonds genieten van een heerlijke BBQ bij een kampvuur.

Dromen mag hè. En misschien, heel misschien, zie ik je volgend jaar in Rovinj.